Wij zijn een gezin met 1 kostwinner. Dat is in deze tijd
niet zo gebruikelijk. Meestal moeten de man en vrouw allebei werken om
financieel rond te kunnen komen. Bij ons niet. Mijn man verdient genoeg. En we
zijn gauw tevreden. Dat bij elkaar opgeteld, maakt dat het lukt.
De vaste en variabele lasten stijgen enorm. Het salaris
stijgt een klein beetje. De kinderbijslag een heel klein beetje. Het is niet in
verhouding tot elkaar. Onze koopkracht daalt.
Maak ik me zorgen? Nee… Maakt mijn man zich zorgen? (is een
veel relevantere vraag) Antwoord: nee.
Waarom niet?
Even de vaste en variabele lasten ontleden.
Brandstof.
Wij hebben 1 auto (een zevenzitter, een tweedehandsje). We
rijden maximaal 5.000 km per jaar. Ik probeer alles wat dichtbij is te fietsen.
In januari hebben we getankt voor €100,- en daarna in mei weer. Omdat we zo
weinig gebruik maken van onze auto, heeft de prijsverhoging van brandstof geen
enorme impact op ons budget.
Overigens heeft mijn man ook een auto van de zaak. Vóór de
aanschaf van onze zevenzitter, reden we de leaseauto ook privé. Anderhalf jaar
geleden kochten we onze zevenzitter, en reden we niet meer privé in de auto van
de zaak. Dat bleek een goede besparing te zijn. Bijtelling was rond de €250,-
per maand. Onze zevenzitter kost ons gemiddeld € 90,- per maand.
Boodschappen
Ik heb al meer over boodschappen geschreven. Sinds januari
van dit jaar let ik weer goed op de prijzen. Bijna alles is duurder geworden.
Toch overschrijd ik het budget zelden. Ik kan besparen door optimaal gebruik te
maken van de aanbiedingen. En verder alléén te kopen wat ingepland staat. Als
ik duur uit ben is dat vaak door het kopen van vlees en alcoholische drank.
Zolang ik daar niet (veel) van koop, blijf ik in de buurt van m’n budget.
Uitgaan
Sinds corona zijn we het een beetje verleerd. De laatste
keer dat wij in een restaurant hebben gegeten is bijna 2(!) jaar geleden. Voor
2 personen betaal je al gauw €100,-. En dat vind ik echt veel geld.
Ik kook graag en ben creatief in de keuken. Met het hele
gezin uiteten is nog maar 1 keer voorgekomen. Bij een Italiaans restaurant. Eén
van de kinderen wilde pizza en de anderen patat. De pizza was ‘niet lekker’ en
de patat ‘ook niet lekker’. Dat was dus eenmalig. We doen de kinderen er geen
plezier mee.
Eten bestellen deden we bijna nooit. Hooguit als er iemand
jarig is. En dan vaak van de Chinees, waar we voor €26,- 2 keer van kunnen
eten.
Even op een terrasje neerploffen doen we ook nooit. We nemen
vaak flesjes water en thermosflesjes thee mee als we gaan fietsen of wandelen.
Dan kunnen we midden in de natuur genieten van ons eigen drinken.
Wel halen we soms een ijsje bij de ijssalon. Dan betalen we
al gauw €15,-. En dat vind ik een prima bedrag. We gaan het niet wekelijks
doen, maar soms maakt het de dag wel feestelijk.
Ieder jaar gingen mijn man en ik ook samen een nachtje weg.
Dat hebben we ook al een tijdje niet meer gedaan, maar we hopen in het
najaar/winter weer samen een nachtje weg te gaan.
Uitgaan is voor ons geen grote kostenpost. Hoe groter ons
gezin geworden is, hoe meer we van ‘gratis’ uitjes zijn gaan houden. De natuur
in.
Energie
Over ons energiecontract heb ik ook geschreven. We zijn
€38,- per maand omhoog gegaan. We verwachten dit jaar een bedrag terug te
krijgen. Dit jaar zijn we ook aan het isoleren geslagen. We hopen daarmee het
verbruik te beperken.
We maken dus nu wel extra kosten (van ons spaargeld), maar
we denken dat het zich uitbetaald in geen verdere stijging van de
energierekening.
Goede doelen
Via de kerkelijke gemeente waar wij lid van zijn, geven we
aan goede doelen. Elke kerkdienst zijn er verschillende doelen waar we aan
kunnen geven. En we maken ook wel eens een gift over. Het klinkt als een
‘makkelijke’ bezuiniging om te stoppen met giften.
Maar nee. Tel maar eens hoe groot onze welvaart is. Die
welvaart krijgen we niet voor onszelf. God bestuurt het zó, dat wij de
financiële middelen hebben. Wij kúnnen geven. Aan degenen die het nodig hebben.
Dus nee, hier zouden we niet graag op willen bezuinigen.
Overigens ben je niet alléén met geld goed voor anderen. Ook
je talenten inzetten. Vrijwillig meedenken en meehelpen. Maar goed, dat is een
ander verhaal.
Kleding
Een voordeel dat we vier jongens hebben. Ze kunnen elkaars
kleren dragen. We krijgen ook regelmatig wat ‘toegestopt’. En ik wacht tot
de uitverkoop. We hebben een budget van €300,- per maand, maar dat is héél ruim.
Overigens merk ik nog niet echt dat kleding duurder is
geworden. Geen idee of dat komt omdat ik te weinig shop, of dat die
prijsverhoging nog moet komen. Prijsvergelijken met kleding vind ik vaak
lastig. Iets met appels en peren.
Overige kosten kinderen
Kinderen zijn duur (hoor je vaak). Wij kregen ze gratis. Maar
het brengt wel veel kosten met zich mee. Waar we het eerst nog over luiers
hadden, gaat het nu over brillen, zwemles, fiets, voetbalschoenen. En dat valt
in een andere prijscategorie dan luiers. Daarom houd ik Marktplaats in de
gaten. Ik denk dat we in deze categorie wel zullen merken dat de prijzen flink
gestegen zijn. Maar geen zorgen, we hebben een spaarpot.
Meevaller: onze derde
zoon zit nu voor de laatste maand op de peutergroep. Vanaf de volgende maand
scheelt ons dat €60,-
Al met al hebben we dit jaar tot nu toe al een leuk bedrag
kunnen sparen.
Ken je het verhaal van Jozef uit Genesis 41? Eerst kwamen er zeven vette jaren
(welvaart). En daarna zeven magere jaren (honger).
Misschien zijn we wel aan het einde van onze vette jaren
gekomen. We hebben in de tijd van welvaart geld opzij gelegd. Mocht er nu jaren
van flinke koopkrachtdaling komen, dan kunnen we terugvallen op het gespaarde
geld.
Mochten we het niet meer redden op 1 salaris, dan is het
logisch dat ik weer ga werken. En dat is ook helemaal prima.