21 juli
Eventjes er op uit. Daar waren we wel aan toe, na hete dagen
en een regendag. Mijn zusje en ik sprake samen af. Waar zullen we naartoe gaan?
We gingen het noodzakelijke met het aangename combineren.
Ik had namelijk een ochtend-broodbox besteld bij een bakker.
Zes auto-minuutjes hiervandaan, of tweeëntwintig minuten fietsen. De fiets dan
maar. En dan op de terugweg naar het strand. Er zat wel een beetje tijdsdruk
bij. De broodbox moest voor 9 uur opgehaald worden.
Voor de zekerheid gebruikte ik de wekker. Kwart voor zeven. Het
was gelijker tijd de laatste werkdag voor de vakantie van mijn man. Om half
negen stonden we klaar, met drie kinderen in de bakfiets, één fietste zelf. En
verder hadden we drinken en wat lekkers mee. En m’n telefoon mét navigatie. Als
je me een beetje kent, dan weet je dat ik overal kan verdwalen.
Met z’n zevenen (mijn zusje met haar kindje, en ik met onze vier
kinderen) gingen we aan de fietstocht beginnen. Het eerste kwartier ging
helemaal top. De laatste paar minuten werden we dwars door een woonwijk
gestuurd door de navigatie. Een woonwijk met heel veel paadjes. We werden
kriskras over die paadjes gestuurd. Waarschijnlijk de kortste weg, maar niet de
makkelijkste weg. Uiteraard gingen we verkeerd. En de klok tikte door.
Op den duur kon mijn telefoon het niet meer aan. Hij
synchroniseerde niet meer. ’t Is een oud beestje. Mijn zusje pakte haar
telefoon erbij, en zo kwamen we alsnog bij de bakker. Eén minuutje te laat.
Maar dat werd ons vergeven. Wel moest ik m’n telefoon weer aan de praat zien te
krijgen. Uit en aan. Dat werkt het beste. Ik kreeg een tas vol met brood mee.
Allemaal heerlijk brood wat niet weggegooid hoeft te worden. Stiekem heb ik die
boxen het liefst. Gewoon brood. Dat was mooi gelukt.
Nu nog het strand. M’n zusje wist een handige weg. En ja
hoor, in één keer goed. We zagen het strand al. Door de regen van gisteren was
het zand niet lekker zacht, maar heel modderig.
Terwijl mijn zusje en ik ons ontfermden over het drinken,
waren zoon A en B al richting het water gelopen. En voor ik het doorhad, liepen
de jongens al een eind het water in, en had zoon A z’n broek al kletsnat. En
met een eind, bedoel ik minstens tien meter. Het was er niet diep, maar het
water kwam al voorbij hun knieën.
De dag ervoor was in dit meer een vader, moeder en kindje
verdronken. Dat spookte nogal door mijn hoofd. De jongens moesten even bij me
komen. We maakten de afspraak dat ze ‘maar’ tot hun enkels in het water
mochten. Ze waren teleurgesteld. En dat snap ik heel goed. Maar ik durfde het gewoon
niet aan.
Oké, dan maar op onze knieën in het water...
Zoon C ging lekker met het zand spelen. Echt handig dat hij
niet van water houdt. Zoon D had een slechte nacht gemaakt, met veel wakker zijn
en een aantal keer huilen. Hij was niet uitgerust. Zitten en toekijken was er
niet bij. Als ik maar met hem liep, dan was hij stil.
En dan m’n neefje, die vond het water zó aantrekkelijk. Je
kon hem geen seconde uit het oog verliezen.
En toen kwam er een groep van de water-scouting.
Voor ons een mooi moment om weer te vertrekken. We fietsten
weer richting huis. Op het viaduct stonden we nog een tijdje te kijken. Want
ja, we hadden vijf jongens bij ons. Die doe je daar een enorm plezier mee. We
kregen de nodige aandacht, gezwaai, getoeter. Totdat een vrachtwagen toeterde
en zoon D keihard moest huilen van schrik. Gauw weer door dan maar.
Oudste zoon vond het veel te ver fietsen. Hij was moe en
ging steeds langzamer fietsen. En het hielp niet om te zeggen dat hij zó knap
was dat hij al vijftien kilometer had gefietst. Of dat hij zulke sterke spieren
heeft. Het was gewoon te ver. Volgens hem dan.
Eindelijk kwamen we thuis. Eerst zoon D naar bed. Dan het
brood in de vriezer. En even later zaten we buiten op de bank met een
cappuccino. Even bijkomen van deze ochtend. Soms heb je uitjes waarbij alles
vanzelf gaat. Deze keer ging het allemaal minder ontspannen.
En toen moesten we ook nog wat koppen met spijkers slaan. We
gaan met elkaar op vakantie. Wie neemt wat mee? O ja, of ik ook nog even mee
wil helpen met het organiseren van een familiedag. En wat zullen we m’n ouders
geven voor hun verjaardagen?
Sinds een tijdje gebruik ik voor zulke dingen de ‘To Do’
app. Alle taken die op mijn bordje werden geschoven heb ik in de app gezet. Geen
losse papiertjes of lijstjes. Ideaal.
Eind van de ochtend had ik het gevoel dat ik er minimaal een
dag op had zitten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten